Oorlog in je zelf

Op LinkedIn lees ik een stukje van Nanda Huneman over Etty Hillesum. Ze noemt Etty een ‘wisdom writer’. De titel van Nanda’s stukje: ‘Als je de oorlog in jezelf erkent, komt de bevrijding’, deed me denken aan een gedicht dat ik meer dan 40 jaar geleden schreef.

Goed en kwaad bestaan

als ze in jezelf bestaan

Niets is positief

Niets is negatief

tot je er zelf dat etiket opplakt

zegt m’n yogalerares

Maar alles bestaat in tegenstellingen

wit – zwart

licht – donker

vrouw – man

goed – kwaad

Is het goed, dat er oorlog is?

Is het kwaad, als er vrede zou zijn?

En als de strijd in jezelf stopt,

waarom stopt de strijd buiten jezelf niet

Ik wil geen oorlog in mezelf

Maar hoe meer vrede in mij is,

hoe heviger de oorlog in anderen,

met anderen,

door anderen,

me raakt.

Au. Au.

Recent had ik een videogesprek met Judith van den Heuvel. Judith is al 32 jaar bezig met celbewustzijn en m.n. met de rol van dader en slachtoffer.

Het is makkelijk om naar buiten te wijzen: jij dit, hij/zij dat, slachtoffer zijn kan iedereen goed. Maar dat er ook een dader in jouw zelf zit, is minder makkelijk te erkennen. Wie de rollen van dader en slachtoffer in zichzelf (h)erkent, is bezig met wezenlijke heelwording. Een belangrijke voorwaarde voor misschien ooit het bereiken van wereldvrede.

Sletten

Op een feestje stond ik wat achteraf de gezelligheid te observeren, toen ik een gesprek opving van twee mannen, zo te zien allebei dik in de 30 en afgaande op hun gespreksonderwerp beiden single. Ze hadden duidelijk zin in seks en een van de mannen adviseerde de ander om contact te zoeken met een vrouw die makkelijk te versieren zou zijn. Terwijl ze daarover pikante details uitwisselden, drong tot me door dat ik die vrouw tamelijk goed kende. Wat vond ik het gênant om die mannen zo over haar te horen praten! 

Bij de eerstvolgende ontmoetingen met haar zocht ik naar een moment dat ik haar onder vier ogen kon spreken. Toen het eindelijk zover was, had ik al weken na kunnen denken over hoe ik e.e.a. met haar zou bespreken. Heel voorzichtig en zorgvuldig legde ik haar uit hoe naar ik het vond zo over haar te hebben horen praten. Zoiets verdiende ze niet. Tot mijn verbijstering werd ze boos op mij. Waar ik de gore moed vandaan haalde om haar te bekritiseren. Maar dat deed ik helemaal niet! “Jij hebt makkelijk praten, jij hebt een relatie,” zei ze boos.  Als boodschapper van het slechte nieuws werd ik spreekwoordelijk onthoofd.

Die relatie van mij werd een paar jaar later verbroken en hij pakte zijn studie psychologie weer op, begreep ik uit een ‘paper’ die hij mij toestuurde en ging over ‘Self determination and Self Management’ waarin hij zijn liefdesrelaties evalueerde. Zijn drie langdurige relaties waren volgens hem geanonimiseerd, maar voor wie hem kent uiterst duidelijk. Verbijsterd keek ik naar een staatje dat aan de paper was toegevoegd en waarbij diverse interacties predicaten kregen van slecht tot zeer goed. De predicaten gingen o.a. over communicatie, ruzies en… seks. Ik kreeg in die laatste kolom een ‘zeer goed’.  Desondanks was ik er niet blij mee, ook al moest ik lachen toen ik zag dat die kolom bij zijn nieuwe relatie, door hem ‘culturele date’ genoemd, leeg bleek. Ik vond het een soort ‘bangalijst’.

De bangalijsten van de Utrechtse korpsleden haalden de afgelopen weken de landelijke pers en zorgden voor veel commotie, vooral bij de vrouwelijke korpsleden die allerlei seksuele predicaten kregen opgelegd.

Niet alleen mannen delen hun ervaringen met de andere sekse, vrouwen doen dat onderling ook. Maar vrouwen doen dat nog steeds vaker dan mannen met het oog op een mogelijke relatie. Terwijl (jonge?)mannen het vooral hebben over allerlei lichaamsdelen en actie bereidheden in bed, wisselen vrouwen vooral zaken uit als ‘heeft groot ego’, ‘loopt zijn pik achterna’,  ‘pakt alles wat hij krijgen kan’,  maar hebben het ook over zijn muzieksmaak, zijn studie of baan, zijn kookkunsten en andere hobby’s.

Een man die alles pakt wat hij krijgen kan, is geen potentiële relatie kandidaat.  Al was het maar omdat vreemd gaan dan meer voor de hand ligt. En meisjes wordt nog steeds geleerd dat ze hun seksuele lusten niet zomaar kunnen botvieren. Al komt seks puur om de seks in onze samenleving steeds vaker voor en krijgen de meeste meisjes niet meer van thuis mee dat ze seks moeten uitstellen tot het huwelijk, vrouwen krijgen nog steeds het beeld mee dat als je te makkelijk bent met seks, het moeilijker is om een goede relatie te krijgen. Want mannen willen geen ‘afgelikte boterham’, is de opvatting.  Terwijl mannen met veel veroveringen een ‘lucky boy’ worden genoemd, krijgen ‘makkelijke’ meisjes al snel het predicaat ‘slet’.

Zo’n bangalijst is dan ook vooral een vorm van ‘slut shaming’.  Er is een groot verschil tussen persoonlijke gesprekken en een lijst met seksuele predicaten aanleggen die breed wordt verspreid.

Er is ook iets mis met het beeld dat deze bangalijsten makende corpsleden hebben van hun eigen man zijn.  Als je jong bent gieren de hormonen wellicht door je lijf, maar het idee dat mannen altijd ‘aan’ staan zorgt voor veel misverstanden tussen de seksen.

Wat dat betreft is de minidocu ‘lucky boy’ die 21 april op de npo werd uitgezonden wellicht een eye-opener voor beide seksen.  Mannen willen ook wel eens niet, maar hebben kennelijk nooit geleerd om nee te zeggen. Meisjes die wel eens nee zeggen, worden op de bangalijsten uitgescholden.

Seks zonder liefde zoals in porno, blijkt bovendien voor allerlei verwarringen te zorgen.  Dat wist u natuurlijk al, maar wist u ook dat sommige jongens daarom niet eens aan seks durven te beginnen uit angst niet goed genoeg te zijn? En dat meisjes vaak seks hebben zonder dat ze er echt iets aan vinden?

Er zijn meer taboes op seks dan we denken. Die op bangalijsten mogen van mij blijven.

De Spin

Angst voor spinnen lijkt genetisch ingebakken. Ik nam die angst waar bij mijn kleindochter: terwijl ze nog nooit iets ervaren had met spinnen, was ze bij de eerste aanblik bang voor ze. Dat giftige spinnen (nog?) niet voorkomen in ons landje, was niet iets waar ik haar gerust mee kon stellen.

Ik heb die angst niet, maar kan niet garanderen dat ik die in warmere landen niet zou kunnen hebben. Zoals ik ook niet bang ben voor slangen, maar bij gebrek aan kennis van de vele soorten toch wel even goed uitkijk als ik er eentje tegenkom, wat overigens meerdere keren in mijn leven is voorgekomen.

Op de een of andere manier komen er steeds opnieuw spinnen in mijn toilet op de begane grond. Die spinnen heb ik uiteindelijk leren waarderen. Het is echt een wonder waar ze van leven op dat toilet, ik zie hoogst zelden iets van wat zij kennelijk vangen en oppeuzelen. Grote kans dat ik nooit iets zie omdat de spinnen daar voor zorgen. Of beter gezegd: de spin van dienst. Zodra ik meerdere spinnen waarneem op het toilet grijp ik in, één is me genoeg…

Mijn kleindochter heeft naarmate ze ouder werd, de nuttige functie van die spin van dienst leren waarderen en durft tegenwoordig ook weer op dat toilet, hoewel ze een duidelijke voorkeur houdt voor het tweede toilet een verdieping hoger…

Sinds ik hier woon, al enige decennia, komt er echter af en toe ook een ander soort spin in mijn huis. Groot, zwart met lange hoekige poten. Die soort heeft de neiging om over mijn vloer op de begane grond te lopen met een zijdelings loopje. Ik vertrouw die soort niet en vind ze echt behoorlijk eng eruit zien.

Behalve op de vloer, heb ik er enkele waargenomen op mijn witte muren.  Ze zijn dan makkelijk te vangen, vooral omdat ze zich pas vertonen als ik in een donkere kamer het licht aanknip en ze dan stokstijf blijven zitten.  Gruwend zet ik dan een glas over zo’n spin heen, dik papiertje eronder en hups, naar buiten ermee.

De afgelopen weken zag ik er weer een. Maar zo groot, dat ik ineens bedacht dat ik die niet naar buiten wilde manoeuvreren. Was deze misschien zo groot geworden omdat die weer naar binnen was gekomen? Deze moest er echt aan! Maar hoe pak je zoiets aan met zo’n joekel?

Van de week zag ik hem weer. Voor de tweede keer op de witte muur bij de trap naast het toilet, waar momenteel geen spin van dienst is omdat ik vanwege een feestje met veel bezoekers maar eens de stofzuiger heb gebruikt…  Dat herinnerend, besloot ik…

Ik moet nu al dagenlang denken aan een sketch van Kooten en De Bie over opgezogen spinnen.  In hun stofzuiger zat volgens hen een moeder spin die hun kindjes verbood om de donkere tunnel met heel ver aan het eind soms wat licht in te gaan, op straffe van het afhakken van hun pootjes. In de tijd van die sketch had iedereen nog stofzuigerzakken die lang meegingen tot ze vol waren.

Ik heb mijn zakloze stofzuiger zeer grondig geleegd.

Maskers

Sommige mensen vinden het nodig om de buitenwereld tegemoet te treden met een masker in plaats van open tonen wie ze zijn.

Echt triest wordt het als iemand gelooft in zijn eigen masker.

.

.

Jozef Rulof schreef bijna een eeuw geleden het boek Maskers en mensen.

87%

Over de hele wereld zijn al sinds het begin van de Coronapandemie onderzoeksjournalisten bezig de waarheid achter de toedracht van en omgang met die pandemie te achterhalen.

De afgelopen weken kwam er steeds meer aan het licht, of beter: in de publiciteit.

In Duitsland is doorgedrongen dat o.a. het Duitse OMT van begin af aan heeft geweten dat de mondkapjes geen bescherming boden en dat de pcr test ook een farce was. Bovendien bleek de Duitse regering vooraf op de hoogte van de schadelijke effecten van de lockdowns,  maar zette die desondanks door.

Iemand heeft onderzocht dat 87 % van de Nederlanders nog steeds gelooft wat de regering ons allemaal voorhield tijdens de Covid 19 pandemie.

Dat is ook begrijpelijk. Want als je stopt met dat geloven, valt dan nog te snappen waarom het gegaan is zoals het gegaan is? Waartoe dienden dan al die vrijheidsbeperkende maatregelen? En als je je dat echt begint af te vragen, komen er nog meer vragen. Vragen die nu door steeds meer journalisten en andere onderzoekers worden beantwoord. Maar kun je die verklaringen en wetenschappelijke bewijzen dan wel geloven?

Het kan toch niet waar zijn wat de ‘wappies’ van meet af aan beweerden? Dan stort toch je hele beeld van de werkelijkheid in elkaar? Daar slaan je hersens van op tilt.

Als Covid 19 geen zoönose was, wat was het dan wel? Dat al 2 jaar geleden onderzoeksjournalisten in de hele wereld via het opvragen van patentaanvragen ontdekten dat er voor een geconstrueerd virus met exact dezelfde code als het covid 19 virus een patent was verleend als.. . biowapen… Dat kun je toch niet geloven? Dan zou het verspreiden van dat virus toch een misdaad tegen de mensheid zijn, groter dan de Holocaust.. dat valt toch niet te geloven? En als die vaccins onze genen toch echt wel blijken te veranderen, ging het dan om het virus of die vaccins?

Zo kan ik nog wel honderd vragen bedenken, alleen de vragen al  zijn zo verontrustend dat alles in je begint te roepen dat het onzin is, zoiets ergs kan toch niet bestaan?

Maar als het wel waar is en er komt een volgende epidemie, waarvan velen zeggen dat het geen kwestie is of die er komt, maar alleen nog maar de vraag is wanneer, wat moet je dan?

Nee joh, zet gewoon een lekker kopje kruidenthee, ga lekker met je vrienden naar de kroeg of uit eten, boek je volgende vliegvakantie, want met die klimaatverandering valt het vast ook wel mee toch? Want wie weet nou nog dat in de zeventiger jaren van de vorige eeuw al van menige milieuvervuiling bekend was dat die uiterlijk in 1984 opgelost moest zijn om te voorkomen dat het invloed kreeg op het klimaat? Dat geen van die doelen ooit zijn gehaald, behalve het verbod op freons die verantwoordelijk worden gehouden voor het gat in de ozonlaag, daar heeft toch ook niemand het meer over, dat gat dicht toch inmiddels?  Dat Nederland ruim 80% van de wereldproductie van Freons verzorgde, weet toch ook niemand (meer), dus waarom zou je je daar druk over maken?

Onze hersens zouden niet in staat zijn om lang vooruit te denken, beweren psychologen.

Nee, vooral niet als je met angst en andere manipulaties allerlei informatie wordt voorgehouden die niet klopt.

De angst voorbij, dat kunnen alleen mensen die hun trauma’s oplossen. Die we allemaal meekrijgen van onze jeugd en van het leven daarna.  Dat is hard werken aan jezelf, steeds opnieuw onder ogen zien dat die angsten en aannames en (voor) oordelen niet van jouw zelf zijn. Dat ze niets te maken hebben met wie je wezenlijk bent. Het vergt moed om diepgaande emotionele bewustzijnsprocessen met je zelf aan te gaan. Moed en tijd. Die tijd heb je niet als je druk bent met in je bestaan te voorzien, te doen wat er van je verwacht wordt om een gerespecteerd lid van onze samenleving te zijn. Het is toch veel prettiger om genoeg geld te verdienen om alles wat je hartje begeert te kunnen aanschaffen en je verder geen zorgen te hoeven maken. Toch?

Of ben je misschien inmiddels bezig met een burn-out en vraag je je af hoe dat komt?

Gefeliciteerd! Dan krijg je misschien eindelijk de gelegenheid je af te vragen hoe je echt gelukkig wordt. Hoe je een vrij mens wordt,  en zul je van tijd tot verbijsterd kijken naar wat er in de wereld gaande is. En wellicht alsnog besluiten dat je daar zo min mogelijk mee te maken wilt hebben en je ‘gewoon’ te richten op je eigen leventje.

Scheelt veel vragen 😊

Woonrecht

De woningnood speelt in ons landje niet alleen onder mensen.

Bij de dieren in en rond de stad signaleer ik steeds vaker gekrakeel rond het vinden van een nestplek.

27 maart opende ik mijn column met de concurrentie tussen een waterhoentjes stel en een meerkoet die alle drie hun oog hadden laten vallen op een aantrekkelijk stukje (gebroken) riet.  Hun strijd eindigde met dat niemand die plek kreeg.

Vanmorgen gebeurde iets dergelijks pal voor mijn neus in de boom voor het raam van mijn yogakamer.

Al jaren zie ik daar elk voorjaar een duivenpaar knuffelen met elkaar. Nooit een nest in die boom gezien, maar jongen produceert het stel wel degelijk. Ik schreef daar eerder over.

Vanmorgen signaleerde ik een eksterpaar op een tak van de boom. De eksterpopulatie neemt al enige jaren fors toe in ons buurtje in Utrecht-Oost, wat vooral op zomeravonden flink eksterlawaai met zich meebrengt. Althans, sommige mede straatbewoners noemen het lawaai, een enkeling ergert zich er zelfs aan. Ik vind het vooral boeiend en ga vaak even kijken waarom het gekrijs ontstaat. Meestal zijn het ruzies, een enkele keer geldt het een buurtkat.

Terwijl ik naar het eksterpaar keek, kwam het goed doorvoede duivenstel aan de andere kant van de boom aangevlogen.  Voor mij weer eens een moment dat ik de dubbele beglazing enigszins betreur, want dat laat weinig geluid door. Maar ook zonder geluid sprak het gedrag van de duiven boekdelen. Ze waren duidelijk verbolgen over de aanwezigheid van de eksters, met gefladder en scherpe blikken richting de eksters ontstond er een mentale strijd.  De eksters leken zich er niets van aan te trekken, maar uiteindelijk vlogen ze weg, waarop de duiven ook wegvlogen, net als bij de meerkoet en de waterhoentjes elk een andere kant uit.

Een paar minuten later streek een kraai neer in het midden van de boom. Die vond de boom kennelijk niet zo interessant, want vloog al na een minuut weer weg.

Dat wordt weer een interessant voorjaar, bezien vanuit mijn yogakamer 😉.

Ondertussen maak ik me wel zorgen om de boom. Hij wordt steeds meer bemost en heeft duidelijk moeite met het produceren van blad en vrucht. Twee jaar terug kwam ik tot de conclusie dat het te maken heeft met een bepaald soort energie die de boom steeds te verduren krijgt. Het is een lieve boom, die die energie voor me opvangt. Ik ben hem daar dankbaar voor en geef hem daarom al weken wormenpis uit mijn wormentoren, hopelijk helpt hem dat overleven. Een kappen en vervangen zou nog veel meer vogelruzies in de straat veroorzaken vermoedelijk 😉

.

Zachte wolkjes groen

wachten op zonnestralen

voor lentewasdom

Podcasts

In het natuurpark heb ik vanaf mijn bankje uitzicht op een waterhoentje stelletje en een meerkoet die kennelijk hun oog op hetzelfde potentiële nest hebben laten vallen.  De ruzie gaat met veel beweging en af en toe fladderig gekrakeel gepaard.

Er komt een jongeman mijn kant opgelopen. Grote koptelefoon op. Als hij me passeert vraag ik of hij me kan horen. Hij stopt en antwoord verrassend bevestigend. “Mijn noisereductie werkt niet goed, dus ik kan u prima verstaan,” zegt hij.

“Heb je dat gezien?” vraag ik en wijs op het gekrakeel van de watervogels. Hij moet even goed zoeken waar in de rietoever ik naar wijs en dan heeft hij pech, de strijd is kennelijk beslecht. Niemand krijgt het nest. Het stelletje en de meerkoet zwemmen elk een andere kant op.

Ik zwengel het gesprek verder aan omdat ik benieuwd ben wat hij hoort en ziet van de natuur als hij zo’n koptelefoon op heeft. Hij vindt het lekker om door de natuur te wandelen, muziek op en zo zijn hoofd leeg te maken.

“Vooral in deze tijd van het jaar is er hier muziek zat,” zeg ik. Hij bekent dat hij maar af en toe even zijn koptelefoon naar achter schuift om naar de vogels te luisteren. Maar tijdens ons verdere gesprek blijkt hij wel degelijk bewust van wat er speelt, ook in de wereld, het gesprek gaat van het rapport van de club van Rome uit 1972, naar snelwegen blokkeren en van podcasts tot mijn eindconclusie: “Act local, think global”, wat hij volledig blijkt te onderschrijven.

We praten wat af met zijn allen. En steeds meer mensen doen dat met hun smartphone op opnamestand.

Tijdens de eerste evaluatie van de Digitale Stad Amsterdam (DDS), in april 1994 in De Balie, kreeg ik van internetjournalist Francisco van Jole te horen dat ik me had aangesloten bij een soort ‘aquariumvereniging’.  Waarom ging ik met NoPapers niet over van de BBS-en naar internet?!  Nou simpel, omdat we met die BBS-en zo’n 20.000 unieke bezoekers per maand hadden en internet in Nederland op dat moment amper 2000 particuliere abonnees had.  Van Jole was niet overtuigd en stak een visionair betoog af hoe in de nabije toekomst iedereen zijn eigen radio-uitzendingen zou maken via internet.

Inmiddels heten die uitzendingen podcasts en ook de gesprekken die met geluid én beeld worden opgenomen, hebben inmiddels die aanduiding gekregen. De jongeman in het park is nog ouderwets met zijn koptelefoon i.p.v. die witte oortjes en muziek i.p.v. een podcast. 

Maar hemeltje lief, die podcasts worden steeds langer. Anderhalf uur is inmiddels ‘gewoon’. Vond die jongeman ook lang, maar hij stak er toch meestal wel wat van op. We waren het al snel eens dat de meeste van die gesprekken, doorgaans interviews genoemd, in veel kortere tijd kunnen.

Maar dat is kennelijk nog steeds een zaak van professionals. Al is het heel leuk om een gesprek als one-track op te nemen en niet te monteren. Ik heb dat door aanmoediging van wijlen Willem de Ridder, een groot voorstander van ongemonteerde uitzendingen, een aantal keren gedaan en toen bleek het zelfs als opgeleid journalist nog best moeilijk om het enigszins kort te houden. Echt kort kan het door het simpelweg bij één onderwerp te houden. Dan kun je meestal met 5 tot 10 minuten volstaan.

Zo’n podcast kun je ook thuis tussendoor bekijken/beluisteren.

Kun je weer volop van de natuur genieten als je daar wandelt 😉 en het horen als iemand je groet.

Brievenbus bloemen

Begin deze week werd ik verrast met een groot groen/wit plat pakket dat nog half in mijn brievenbus stak, gemaakt door de firma Bloompost.

De adressering was bijzonder, mijn voornaam was uitgebreid: M.LENTEKIND.  

Bij opening bleken er tot mijn verbazing bloemen in te zitten, verpakt in een doorzichtige zak.  Volgens een karton met uitleg zorgt de speciale verpakking ‘ervoor dat de bloemen in slaap vallen tijdens hun reis per post’ en mocht ik ze wakker gaan maken. Dat heb ik uiteraard gedaan en het resultaat bleek een schattig boeketje Fresia’s die het inmiddels goed naar hun zin lijken te hebben in een vaasje.

Helaas ontbreekt elk spoor van een afzender. Uiteraard heb ik mijn hoofd gebroken over wie de afzender kan zijn, tot op heden zonder resultaat. Lentekind klopt met mijn geboortedatum, maar wie noemt me zo? Bloompost heeft helaas (nog?) niet gereageerd op mijn verzoek via hun online contact formulier om helderheid te verschaffen over de afzender.

Was vast en zeker lief bedoeld van degene die me deze verrassing bezorgde.

Ik wist niet dat het bestond, brievenbus bloemen. Hoe verzinnen ze het?!

Vanmorgen besloot ik de verpakking toch maar naar de recyclingcontainer te brengen en vouwde daartoe het dikke karton uit. Aan de binnenkant staat met vette letters deze kreet:

LET’S MAKE THE WORLD A GREENER AND HAPPIER PLACE TOGETHER                    

                                                  #bloompost

Met brievenbus bloemen?? Die in slaap gebracht zijn, in een af ander doorzichtig kunststof verpakt en daarna in een dikke doos geverfd karton gestopt en met een auto naar me toe gebracht? En welke weg gingen die bloemen voor ze bij Bloompost waren en wat gebeurt er allemaal bij dat procedé van in slaap brengen? Minimaal is daar energie bij nodig.

Alle slogans over duurzaamheid, groener maken, togetherness enz. worden inmiddels misbruikt door marketeers.  Die van Bloompost doen daar stevig aan mee.

Brievenbus bloemen zijn gewoon een verdienmodel en dragen op geen enkele manier bij aan een beter milieu. In tegendeel.  De fresia’s kunnen er niks aan doen,  ze staan prachtig te stralen, maar voor mij hebben ze hun glans verloren.